17-11-2012
Onderzoek verwerking ruimtelijke initiatieven

In de raadsvergadering van 13 november jl. is het voorstel van het college besproken om in te stemmen met een onderzoek naar de verwerking van ruimtelijke initiatieven. Het gaat daarbij vooral om een betere kostendekkendheid voor de gemeentelijke werkzaamheden te verkrijgen bij aanvragen tot medewerking aan grootschalige bouwplannen. De SGP is voor een juiste vergoeding voor de door de gemeente te maken kosten voor ingewikkelde bouwplannen. Maar er moet ook naar gekeken worden of de gemeente haar werkprocessen wel efficiënt heeft ingericht.
Hieronder kunt u de bijdrage lezen van Lucas Mulder, namens de SGP-fractie.

Op 25 september 2012 is dit onderwerp opiniërend in de raad behandeld.
De discussie spitste zich toe op wie het onderzoek moet uitvoeren. Waarom niet intern, waarom moeten we weer een extern bureau inhuren?
De vraag, wat is de doelstelling van dit onderzoek, en hoe bereiken we dat, sneeuwde onder.

De SGP-fractie heeft bij herhaling aangegeven dat de ruimtelijke initiatieven voortvarender en slimmer afgehandeld moeten worden. Dus niet alleen inzetten op het verhogen van legesopbrengsten maar vooral het efficiënt en lean inrichten van het proces, zodat daardoor ook minder ambtelijke uren worden besteed.

In het voorstel wordt inhoudelijk alleen onderdeel a onderzocht, en dan gaat het om de behandeling van het ruimtelijke initiatief, het zogenaamde principeverzoek.
De onderdelen b en c, zijnde de behandeling van het plan en de vergunning blijven onderbelicht.

In hoofdstuk 2 onder par.2.3 met het kopje "wat nu niet" geeft de heer Blok aan, ik citeer:
Het is nu niet het moment om met medewerkers aan de slag te gaan om het werkproces vanuit de visie van "Regie op ruimtelijke initiatieven" zo optimaal mogelijk in te richten. Er moet eerst de slag gemaakt worden naar de fijnstructuur, waardoor duidelijk wordt waar welke taken en verantwoordelijkheden komen te liggen. Einde citaat.

Dit vinden wij een verkeerde afbakening, het werkproces moet juist zo optimaal mogelijk ingericht worden. Misschien wordt dit ingegeven door de reorganisatie die momenteel speelt, maar beleidsmatig klopt het niet. Optimale processen zijn leidend. De taken en verantwoordelijkheden van medewerkers worden daar op afgestemd. Hier wordt een verkeerde volgorde bepleit en die wijzen we dan ook af.

En onder 2.4 lezen we onder het kopje "wat nu wel".
Opzetten nieuwe systematiek voor verhalen proceskosten.
Quickwinst behalen, werkbalans.
Deregulering, nieuwe afspraken externe partners.

Wij willen in dit onderzoek het opzetten van een nieuwe systematiek voor het verhalen van proceskosten als sluitstuk zien van dit onderzoek. Dat volgt als laatste wanneer helder is, hoe het optimale proces eruit ziet en welke kosten daar bij horen.

U begrijpt dat de afbakening in dit voorstel niet helemaal overeenkomt met onze doelstelling voor dit onderzoek.
Gelukkig lezen we in het voorstel onder "Uitvoering" dat de meerwaarde van de heer Blok zich zal uiten in:
- Kostenbewust maken medewerkers.
- Aangeven waar processen efficiënter en beter kunnen.

Deze onderdelen vinden wij van groot belang. Dit pleit juist voor inzet van deze externe adviseur.
Graag horen we van de wethouder of deze belangrijke taken ook in de opdracht met de heer Blok worden geborgd, want in zijn bijlage wordt het niet genoemd.
Ook zien we een prominente rol voor de nieuwe leider van de afdeling "ontwikkeling en beheer".
Het opzetten van een brede interne werkgroep raden we af. De mensen die al jaren in de huidige werkmethodiek zitten, zien de eigen blinde vlekken niet.
Zoals genoemd, het onderzoek zal met name gaan over de principeverzoeken.
We moeten wel beseffen dat dit een deel is van het totale proces. Wel een belangrijk deel aan de voorkant, waar heel veel tijd en ambtelijke inzet wordt besteed.

Wanneer we naar dit deel kijken hebben we een uniform tarief van ongeveer 4 tot 8 uren per aanvraag. Het hoeft geen betoog dat dit bij gecompliceerde projecten onvoldoende is.
Het kan ook niet zo zijn dat bij grote ontwikkelingen de gemeente als gratis adviseur optreedt en daarmee haar rol te ver oprekt.
Daarom hebben we geen moeite met afspraken die met aanvragers van complexe projecten worden gemaakt, die nu spelen, en staan te springen om een principeantwoord.
Daar zijn ook reguliere instrumenten voor zoals een anterieure overeenkomst of een exploitatieplan.

De volgende vragen willen we ook beantwoord zien in dit onderzoek:
- Hoeveel kosten maken we nu bij de principeverzoeken? Graag voorbeelden van grote afwijkingen.
- Hoe gedetailleerd moet het antwoord zijn? Hoeveel risico mag het principeantwoord bevatten?
- Willen of moeten we alles met alle afdelingen en externe partijen zoals provincie, Raad Cultureel Erfgoed enz. doornemen en vragen om adviezen en berekeningen?
- Hoe ziet het optimale proces eruit? Wat kunnen we standaardiseren?
- Benchmark uitvoeren. Hoe gaan andere gemeenten zoals Barneveld en Dalfsen hier mee om? Wat zijn de verschillen in proces, kosten en leges?

Graag horen we van de wethouder of hij deze onderzoeksvragen wil overnemen, en zo meer focus wil aanbrengen op verbetering en afbakening van het proces.
Een tweede voorwaarde onzerzijds is dat de heer Blok na het onderzoek de resultaten en conclusies komt toelichten in de raad.

terug >>